Onder beheerste omstandigheden veranderen?

Hoe ontstaan veranderingen in organisaties, gezien vanuit de verschillende perspectieven?

In de institutionele benadering van de Management Accounting & Control ziet men accounting en control principes, regels en routines als instituties die vorm krijgen, onder andere door toedoen van de actoren in een organisatie. Ook de regels en routines in zogenaamde interorganizational relationships worden gezien als instituties. Er zijn verschillende perspectieven ontstaan om tegen instituties en in het bijzonder tegen management accounting en control mechanismen als instituties aan te kijken. Twee van die perspectieven zijn de Nieuw Institutionele Sociologische (NIS) en de Nieuw Institutionele Economische (NIE) benadering. Graag neem ik jullie mee in een uit eenzetting van deze perspectieven.

Nieuwe Institutionele Sociologie (NIS) heeft betrekking op het gedrag van organisaties als gemotiveerd door de krachten in de samenleving. Enkele karakteristieken van deze benadering zijn:

Kernkarakteristiek 1:
Het zoeken naar legitimiteit  (NIS) heeft betrekking op het gedrag van organisaties als gemotiveerd door de krachten in de samenleving. Zij stelt dat organisaties legitimiteit zoeken door zich te houden aan regels en normen die worden gewaardeerd door de maatschappij en meer in het bijzonder, door bepaalde instellingen in samenleving. (M. van der Steen Institutional theory in: Human agency in management accounting change: a cognitive approach to institutional theory, 2005)

Kernkarakteristiek 2: Isomorphisme
DiMaggio en Powell (1983) onderscheiden drie mechanismen van institutionele isomorfisme verandering: Gedwongen isomorfisme (wetgeving), Mimetic isomorfisme (onzekerheid), en normatieve isomorfisme (druk). Deze drie mechanismen zorgen ervoor dat organisaties steeds meer op elkaar lijken. Daarom kan men stellen dat NIS is een theorie die verklaart overeenkomsten tussen organisatorische structuren eerder verandering in organisaties (Greenwood & Hinings, 1996).

Kernkarakteristiek 3: Decoupling
Organisaties willen aantonen dat ze aan de normen en waarden in de samenleving voldoen door het hebben van structuren en praktijken die (deels) ceremonieel zijn, terwijl de werkelijke manier van werken niet sterk wordt beïnvloed. DiMaggio en Powell (1983) stellen dat door deze ontkoppeling de organisatie zich kan houden aan diverse institutionele eisen, terwijl de het organiseren van de primaire processen efficiënter is dan mogelijk zou zijn indien zich zou houden aan alle institutionele eisen. (M. van der Steen Institutional theory in: Human agency in management accounting change: a cognitive approach to institutional theory, 2005)

De Nieuw Institutionele Economische (NIE) benadering gaat vanuit een economische grondslag voor een veranderingen.

Kernkarakteristiek 1: Transaction Cost Theory (TCE) is in wezen een theorie van de coördinatie van transacties tussen en binnen organisaties van het bedrijfsleven. Het neemt aan dat organisaties kosten maken door de transacties, zoals kosten van contracten, toezicht kosten, kosten in verband met opportunistisch gedrag, en kosten verbonden aan specifieke activa. Het onderdeel van de analyse is de transactie (NIE) in plaats van de organisatie (NIS). De Transactie Theorie streeft naar efficiency in plaats van naar legitimiteit.

Kernkarakteristiek 2: De principaal-agentbenadering.
De principaal-agenttheorie (agency theory) betreft een bijzonder contract, namelijk één waarbij de ene partij het eigendom heeft (principaal) en taken delegeert aan de ander(agent). Probleem is dat de belangen van beiden uit elkaar kunnen lopen en dat er sprake is van ongelijke informatie. In dat geval kan de agent zich in strijd met de belangen van de eigenaar gedragen. (Inzichten uit de institutionele economie in MAB Prof. Dr. J.P.M. Groenewegen, November 2004)

Kernkarakteristiek 3: De leer van de eigendomsrechten.
De leer van de eigendomsrechten predikt, dat het voor het efficiënt functioneren van een economisch systeem noodzakelijk en voldoende is te beschikken over een helder stelsel van eigendomsrechten met de bijbehorende publieke juridische instanties. Ondernemingen en andere economische actoren zullen op basis van hun eigen nutsfunctie met elkaar onderhandelen over aanpassing van het gebruik van eigendomsrechten en welke prijs de één bereid is te betalen vooraanpassing van het uitoefenen van het eigendomsrechtdoor de ander. Marktwerking (Inzichten uit de institutionele economie in MAB Prof. Dr. J.P.M. Groenewegen, November 2004)

Samenvattend kan gezegd worden, dat de verschillende perspectieven een andere invulling geven c.q verklaring geven voor het ontstaan van een verandering. Vaak is het een optelsom van factoren waarom een organisatie verandert. Het kan een kosten overweging zijn, in combinatie met veranderde wetgeving zeker als daar nog een gedeelte onzekerheid bij komt kijken. Maar ook juridische of contractuele aanpassingen zorgen voor een verandering.

Organisaties willen verandering onder een beheerste omstandigheden uitvoeren, daarvoor zijn verschillende methodieken ontwikkeld. Een eerste stap is het ontwikkelen van een goede Management Control cyclus, een prima methodiek daarvoor is een balanced scorecard, die tegenwoordig met moderne business intelligence systemen eenvoudig gerealiseerd kan worden. Belangrijk daarbij is wel de vertaling van strategie naar duidelijk meetbare parameters, eventueel kan er een koppeling gemaakt worden naar prestaties op medewerker c.q teamniveau dit hoeft echter niet nodig zijn. Toch moet ook op een balanced score niet worden blind gestaard, er kunnen wijzigingen plaatsvinden, waardoor er blinde vlekken ontstaan. Daarom is een periodieke herwaardering  geen aanrader, maar een must!

Winter informatisering is u graag van dienst bij deze vraagstukken. Tijdens een kennismakingsgesprek kan worden gekeken of Winfo ook uw belang kan dienen!